Basari!    German Rex cattery 

en kattentrimsalon 



German Rex geschiedenis

De German Rex is een kat met een prachtige dikke gekrulde of gegolfde vacht. Doordat er niets extreems is aan het type van deze Rex, wordt deze kat vaak heel mooi gevonden. Vindt men een Cornish- of een Devon Rex nogal eens ‘lelijk’, dat commentaar krijgt een German Rex niet snel. Het type van de German Rex is hetzelfde als van een Europese Korthaar, het verschil is alleen de vacht. En die vacht is bijzonder zacht en voelt heerlijk aan.
Wat betreft karakter is de German Rex ook niet zo extreem. Het is een zachtaardige kat, niet zo opdringerig of aanwezig als de Cornish- of de Devon Rex, maar wel aanhalig en knuffelig.

Van alle bekende Rex mutaties bij katten is de German Rex de oudste.
De allereerste German Rex, was de blauwe kater Munk. Hij werd geboren in Köningsberg in Oost-Pruissen uit een ‘tabaksbruine’ Angorakat en een blauwe Rus. Er is verder niet bekend of hij ooit nakomelingen heeft verwekt. Munk is in 1944 overleden op 14-jarige leeftijd
Munk

Jaren later, in 1947, werd in Berlijn een zwarte gekrulde poes gevonden. In die tijd werkten veel arbeiders uit Oost-Pruissen in Berlijn. Er is niets bekend over haar afstamming, maar theoretisch zou ze een afstammeling kunnen zijn van Munk.
De poes zwierf rond bij een ziekenhuis en werd daar een aantal jaren verzorgd door patiënten en verplegend personeel. Totdat zij in 1951 werd opgemerkt door dr. Scheuer-Karpin.
Frau Dr. Rosa Scheuer-Karpin
Zij vond de poes met de eigenaardige vacht heel interessant en nam haar mee naar huis. De gekrulde vacht bestond alleen uit donshaar en de snorharen waren ook kronkelig en gekruld. Ze gaf haar de toepasselijke naam; Lämmchen. (Lammetje).
Lämchen

Lämmchen kreeg een aantal nesten van een gladharige kater, Blackie. Alle kittens waren gladharig. Om te zien of het om een recessief verervend gen ging, moest Lämmchen door één van haar zonen gedekt worden. Zij wilde zich echter alleen maar door Blackie laten dekken en pas in 1957 toen Blackie was overleden kon zij gepaard worden aan haar zoon Fridolin. Zij kreeg toen twee gladharige en twee gekrulde kittens. Later heeft zij nog verschillende nesten gekregen, van verschillende katers.
Een van haar gekrulde dochters: Curlie, ging naar een bevriende verpleegster, die ook met haar gefokt heeft. Rond 1960 werd er in Berlijn weer een gekrulde kater ontdekt, hoogstwaarschijnlijk een afstammeling van Lämmchen, op wie hij sprekend leek. Deze kater kwam ook bij dezelfde verpleegster in huis, zij noemde hem Schnurzel. Schnurzel heeft bij Curlie een aantal nesten met gekrulde kittens verwekt.
Lämmchen stierf in 1964, zowat twintig jaar oud, in 1962 had zij haar laatste gekrulde kittens gekregen.

Omdat er in Duitsland geen belangstelling was voor de gekrulde katten gingen de meeste van Lämmchen’s nakomelingen naar het buitenland.
Eén van de German’s ging naar Engeland. Dr. Scheuer-Karpin had inmiddels contact met een groepje Engelse Rexenfokkers. Daar was daar in 1950 in Cornwall de eerste Cornish Rex, Kallibunker, geboren. De Engelsen wilden de Duitse Rex voor hun fokprogramma gebruiken, maar helaas stierf het diertje tijdens de quarantaine.
Een aantal katten ging naar Professor Letard in Parijs. Professor Letard bracht als eerste German Rexen op de show uit, in 1960 in Parijs. Hij heeft een fokprogramma opgezet met een aantal katten in verdunde kleuren en ook wit. Zijn katten trokken veel belangstelling en hierna kreeg ook Dr. Scheuer-Karpin steeds meer aanvragen voor Rexen. Voor die tijd raakte zij haar kittens bijna niet kwijt, ze werden bijna allemaal weggeven als huisdiertjes.
Een groot aantal ging naar Amerika en werd daar gekruist met Cornish Rexen, het bleek genetisch de zelfde soort mutatie te zijn en alle nakomelingen uit deze kruisingen waren gekruld. Deze katten zijn verder gebruikt voor de fok van de Cornish Rex. Er zijn in Amerika helaas geen German Rexen meer.

C.F.A. Ch. Christopher Columbus,
eerste GRX in de USA

In 1968 waren er, in Duitsland, nog slechts drie pure German Rex afstammelingen van Lämmchen over. De heer en mevrouw van Barensfeld uit Oost Berlijn waren in het bezit van Beatrix vom Buchenstein, haar dochter Jeanette vom Grund en Brutus vom Buchenstein. Zij moesten een fokprogramma opzetten met deze drie katten en om inteelt te vermijden moesten ze weer uitkruizen met gewone huiskatten. Maar er werd o.a. ook een Pers gebruikt, om de vacht te verbeteren
In 1970 kregen de Barensfelds twee Rexen uit Denemarken. Zij waren hier zeer gelukkig mee, want zij hadden het verse bloed hard nodig. Zij wisten echter niet dat het hier om Devon Rexen ging, met een gemengde Devon/Cornish Rex afstamming. Een Devon gepaard aan een Cornish of German Rex geeft gewone gladharige kittens.
Doordat de Oost-Duitse fokkers erg geïsoleerd waren achter “het ijzeren gordijn”, beschikten zij niet over veel informatie betreffende de verschillende soorten Rexen. Zij hadden ook geen idee van het gemengde bloed. Doordat de German en de Cornish Rex genetisch hetzelfde zijn kregen zij uit hun German/Devon/Cornish kruizingen in eerste instantie toch gekrulde kittens.
Op een gegeven moment kwam keurmeester en Rexenliefhebster Mevrouw van Winsen in contact met de heer van Barensfeld. Zij heeft ze veel informatie kunnen geven over de Devon- en de Cornish Rex, zodat het later niet meer als een verassing kwam dat er toch ook gladharige kittens werden geboren uit de German/Cornish/Devon kruizingen.
In 1973 kregen Inge en Siegfried Wöllner (cattery von Zeitz) uit West-Duitsland hun eerste hybride (en ondertussen zwangere) German Rex, Silke vom Grund. Zij hadden dit met veel moeite voor elkaar gekregen. Het contact tussen Oost en West-Duitsland ging nog steeds heel moeilijk. Zij konden de kat niet kopen, omdat het voor Oost-Duitsers strafbaar was om westerse valuta te bezitten. Zij hebben de Rex toen geruild voor een andere kat.
In 1974 werd in München een zwarte Rex kater gevonden. De kater Ceasar heeft de gladharige Silke gedekt, helaas werd er slechts één gladharig kitten geboren. En Ceasar stierf jammer genoeg een tijdje later.
In 1979 werd er weer een Rex kater gevonden, zijn naam was Preuss, ook deze kater is door de Wöllners gebruikt. Hij heeft de hybride poes Quicki von Zeits gedekt en met de twee kittens die daaruit werden geboren is weer verder gefokt.
Kater Preuß
Als laatste werd er in 1982 op Lanzarote een rex kater gevonden, de nakomelingen van deze kater die Locki werd genoemd komen veelvuldig in de afstamming van de German Rex voor.

Inmiddels waren er wat meer fokkers bij gekomen en gezamenlijk hebben ze het voor elkaar gekregen dat de German rex in 1982 werd erkend door de Fife
Als uitkruispartner zijn voornamelijk huiskatten gebruikt. Verder zijn er Cornish- en Devon Rexen, Perzen, Boskatten, Siamezen, Abessijnen en Brits kortharen gebruikt. Hierdoor zijn er ook veel verschillende kleuren bij de German Rex.
Qua type is de German Rex ‘zwaarder’gebouwd dan de Cornish en de Devon Rex. De kop is rond en breed tussen de oren, de neus moet een lichte welving vertonen. De vacht is heel zacht en gegolfd en vergeleken met de Cornish Rex vrij dik, kale plekken zijn een fout.

De fok van de German Rex heeft altijd achtergelopen op de Cornish en de Devon Rex, die veel populairder zijn. Door de jaren heen zijn er wel steeds een paar mensen geweest die Germans fokten, waardoor het ras behouden is gebleven.
Eind jaren ’90 waren er niet veel afstammelingen van Lämmchen over. In 1999 bleken er nog slechts vijf gekrulde en hybride German Rexen over te zijn. Op dat moment waren er weer een aantal fokkers geïnteresseerd geraakt. Het werd een uitdaging om de laatste exemplaren te behouden voor de fok en om voor nakomelingen te zorgen die het ras konden behoeden voor uitsterven.
Op dit moment zijn er fokkers in Nederland, Duitsland en Zweden. We werken regelmatig samen.